Uitvoeren van kwaliteitsmetingen
Uitgebreide kwaliteitsbepalingen worden uitgevoerd op verschillende momenten in de versketen. Verschillende markten hanteren andere kwaliteitscriteria. Voorbeelden van de kwaliteitsmetingen zijn kleur, grootte, stevigheid en suikergehalte. Kwaliteit kan niet-destructief (door te kijken, voelen, meten en ruiken) of destructief (door te snijden, proeven, vermalen) plaatsvinden. Kwaliteitsmetingen gaan over zowel externe en interne eigenschappen. Externe kwaliteitsmetingen zijn vaak gericht op grootte, vorm, kleur, fysiologische ziekten en gebreken. Voorbeelden van interne kwaliteitsmetingen zijn stevigheid, suikergehalte, zuurtegraad, smaak en ziekten en gebreken.
Destructieve kwaliteitsmetingen
Er bestaan verschillende manieren om kwaliteit van verse groenten en fruit te analyseren. Bekende methodes zijn het meteen van suiker (oplosbare vaste stoffen, SSC) na het persen van het fruit, of stevigheidsmetingen met een penetrometer. Deze methodes zijn gemakkelijk uit te voeren als het juiste protocol gevolgd wordt.
Helaas zijn deze meetmethoden destructief voor het verse product. Daarom kan slechts een klein sample van het product gemeten worden, aangezien de gementen vruchten daarna niet meer verkoopbaar zijn. Het is dan ook erg belangrijk dat het sample representatief is voor de gehele batch.
Niet-destructieve kwaliteitsmetingen
Niet-destructieve kwaliteitsmetingen van groente en fruit kunnen helpen bij het vaststellen van externe en interne eigenschappen. Het grote voordeel boven destructieve metingen is, dat producten nog steeds verkocht kunnen worden na inspectie. Op deze manier helpt het bij het beoordelen en sorteren van producten op afmeting, vorm en rijpheid.
Onder de technieken die gebruikt worden voor niet-destructieve kwaliteitsmetingen zijn computer vision systemen en nabij-infrarood spectroscopie (NIR). Naast NIR-meettechniek in sorteerlijnen, zijn er ook handzame NIR-apparaten beschikbaar. Deze apparaten die in de hand gehouden kunnen worden kunnen ook op het land gebruikt worden om de rijpheid van fruit te meten. Een erg interessante ontwikkeling is NIR hyperspectraal, waarbij de spectrale data als plaatjes beschikbaar worden gemaakt.
Het maken van een goed sample
Het voorbereiden van meetapparatuur
Kleurmetingen
Meten van grootte en vorm
Stevigheidsmetingen
De penetrometer, een handmodel of automatisch apparaat, is een veelgebruikte methode om de stevigheid van fruit te bepalen. Het is een destructieve techniek. De gemeten stevigheid is de maximale kracht nodig om met een probe in het fruit door te dringen tot een standaard diepte. Dit geeft een indicatie van de menselijke perceptie van stevigheid.
Stevigheid is ook een belangrijke maat voor fruitrijpheid. Het voordeel van een automatische penetrometer, zoals de FTA, boven een handmatige penetrometer, is dat de test met een automatische meter tot een standaard diepte gaat met een standaard doordringsnelheid, waardoor de resultaten nauwkeuriger en herhaalbaar zijn. De stevigheid wordt meestal uitgedrukt in kg/cm2 (bij een 11 mm probe) of kg/0.5 cm2 (bij een 8 mm probe).
Niet-destructieve metingen die met stevigheid correleren voor sommige vruchten gebruiken beperkte compressie, een akoestisch apparaat of zijn gebaseerd op nabij-infrarood spectroscopie (NIR).
Suikergehalte bepalen
Het gehalte oplosbare vaste stoffen (soluble solids content, SSC) kan een indicatie geven van oogsttijd en marktwaarde. SSC wordt ook het aantal graden Brix (°Brix) of het suikergehalte of suikerpercentage genoemd. De SSC van een productsample wordt met een refractometer gemeten nadat het product uitgeperst is. Het wordt uitgedrukt in °Brix.
De SSC bestaat voornamelijk uit suikers en daarom geeft °Brix een goede schatting voor %suiker. Ook al bestaat de SSC met name uit suikers, toch kunnen er ook andere oplosbare vaste stoffen in het sap aanwezig zijn. Voorbeelden zijn organische zuren en oplosbare aminozuren.
Draagbare refractometers zijn beschikbaar met analoog of digitaal uitleesvenster. Nabij-infrarood spectroscopie (NIR) wordt steeds vaker gebruikt om het suikergehalte niet-destructief te bepalen.
Zetmeelbepaling
Metingen aan titreerbaar zuur
Titreerbaar zuur en met name de suiker/zuur-verhouding draagt bij aan de karakteristieke smaak van veel vruchten. Daarom is de titreerbare zuurtegraad een van de indicatoren die gebruikt wordt voor commerciële en sensorische rijpheid. De titreerbare zuurtegraad heet ook wel de totale zuurtegraad.
De bepaling van de tritreerbare zuurtegraad van verse groente en fruit wordt vaak gedaan door een sample van productsap (automatisch) te titreren met een standaard alkali (basische) oplossing tot een bepaald pH eindpunt. De hoeveelheid titrant die hiervoor nodig is, samen met de base en het volume van het sample wordt gebruikt om de titreerbare zuurtegraad uit te rekenen. Dit wordt uitgedrukt in termen van het meest voorkomende organische zuur.
Er zijn ook zak-zuurtegraadmeters op de markt, die electrische conductiviteit gebruiken.